Nieuws

ANCHOR houdt stedelijk waterhergebruik tegen het licht

Toekenning EU-project vanuit INTERREG-regeling

Samen met Waternet en partners uit Vlaanderen, Duitsland en Zweden, gaat KWR van start met het ANCHOR-project, dat in april is toegekend binnen de INTERREG-regeling van de EU. Deze regeling is bedoeld om interregionale samenwerking door heel Europa te ondersteunen. Het project heeft een looptijd van drie jaar en onderzoekt de toepassing van waterhergebruik in de bebouwde omgeving vanuit technisch, sociaal, bestuurlijk en economisch perspectief. Het doel van ANCHOR is om steden te ontwikkelen die veerkrachtig, circulair, geïntegreerd, duurzaam en sociaal zijn.

Het ANCHOR-project (Anthropocene Nutrient and water Control for HOlistic resilience and Recovery) omvat een totaalbudget van 4,3 miljoen euro. Het gezamenlijke onderzoeksprogramma van de waterbedrijven WiCE (Water in de Circulaire Economie) draagt hieraan bij als co-financier met 595.000 euro.

Bestuurlijke en sociaal-economische vragen

ANCHOR omvat vier werkpakketten die samen de kennis moeten verzamelen om transities rond stedelijk waterhergebruik op gang te brengen. Op wijkniveau worden verschillende disciplines en sectoren gecombineerd en hanteerbare opgaven gecreëerd. KWR richt zich op kennisvragen rond bestuurlijke en sociaal-economische aspecten. Wat betekenen waterslimme buurten voor de eindgebruiker? Hoe zijn deze buurten, hun innovaties en hun voordelen georganiseerd en gefinancierd? Het zijn voorbeelden van vragen die aan bod zullen komen. Daarnaast levert KWR een bijdrage aan het opstellen van een energiebalans voor het stedelijk metabolisme van waterhergebruik.

Waterhergebruik op wijkniveau

KWR heeft het nodige in huis om antwoord op deze vragen van ANCHOR te geven. “Binnen WiCE werken we al vijf jaar lang aan bestuurlijke vragen rond de strategische betekenis van ontwikkelingen rond waterhergebruik op wijkniveau”, vertelt KWR-onderzoeker Henk-Jan van Alphen. “Zo deden we met het SENSE-project onderzoek naar de perceptie en ervaring van burgers met waterbesparende technologieën zoals het vacuumtoilet en de recirculatiedouche. Hiervoor zijn bruikbare methodes ontwikkeld. Ook beschikken we over tools die de maatschappelijke waarden van dit soort transities in kaart kunnen brengen.”

Onderbouwing voor noodzakelijke keuzes

De overige werkpakketten richten zich op systeemkennis rond waterhergebruik in de stedelijke omgeving, het stedelijk metabolisme – welk water gaat erin, wat komt eruit – en de kennis die nodig is om de resultaten op te schalen en over te dragen in heel Europa. Voor de watersector moet het project de onderbouwing bieden voor noodzakelijke keuzes, denkt Van Alphen. “Want er bestaat op dit vlak nu nog veel discussie. Moet je waterhergebruik nou op wijkniveau gaan organiseren of rond grote waterzuiveringsinstallaties? Hoe kan stedelijk waterhergebruik gaan functioneren en is het efficiënt genoeg? De impact van ANCHOR is dat we hiermee een beter beeld zullen krijgen hoe waterhergebruik op wijkniveau een zinvolle bijdrage levert aan de uitdagingen die voor ons liggen: voldoende water van de juiste kwaliteit.”

Urgentie

Bij de waterbedrijven bestaat veel enthousiasme over het project, wat blijkt uit de aanzienlijke financiële steun vanuit WiCE. Wanneer financiering door de EU niet was geslaagd, was het de wens van de waterbedrijven geweest om naar andere wegen te zoeken, vertelt Van Alphen. De onderzoeker juicht deze houding toe. “De ontwikkelingen rond stedelijk waterhergebruik zijn interessant voor de waterbedrijven. Het kan een manier zijn om minder drinkwater te gebruiken, wat een urgent vraagstuk is. Maar lokaal waterhergebruik vraagt ook om een andere rolverdeling tussen de waterpartijen, Dat is een spannende zoektocht.”

delen