project

Non-target screening

Wereldwijd neemt het aantal stoffen dat in water wordt aangetroffen toe. Doelstofanalyse (target screening) is niet meer voldoende om al deze stoffen te kunnen monitoren. Suspect en non-target screening bieden hiervoor uitkomst.

Suspect screening en non-target screening uitgelegd

Een brede, generieke meetmethode detecteert een veelvoud aan chemische stoffen tegelijkertijd en in lage concentraties. Dit resulteert een lange lijst met duizenden onbekende stoffen (ook wel ‘features’ genoemd) per monster. Vervolgens gaan we op zoek naar de schadelijke en/of relevante stoffen. Met behulp van suspect screening, ook wel bibliotheekscreening genoemd, worden de resultaten naast een ‘suspect’ lijst gelegd. Deze suspect lijst bestaat uit stoffen waarvan een vermoeden is dat ze aanwezig kunnen zijn in het monster, bijvoorbeeld zeer zorgwekkende stoffen en afbraakproducten daarvan, PFAS of stoffen die geassocieerd worden met bepaald industriële processen.

Met behulp van non-target screening worden de overige, ongeïdentificeerde stoffen bekeken en kan gezocht worden naar trends en veranderingen tussen monsters. Suspect en non-target screening kunnen ook worden ingezet om historische data te bekijken, d.w.z. met terugwerkende kracht kunnen stoffen opgespoord worden in de ruwe data van eerder gemeten monsters.

 

Met suspect- en non-target screening kan een breder palet aan chemische stoffen gemeten worden.

Identificatie en betrouwbaarheid

In tegenstelling tot doelstofanalyse, kan de identiteit van een stof die gemeten is met suspect- en non-target screening niet altijd met 100% zekerheid bevestigd worden. De mate van onzekerheid van de identificatie wordt uitgelegd aan de hand van vijf betrouwbaarheidsniveaus (Schymanski et al. 2014). Volledige identificatie kan alleen bereikt worden wanneer een referentiestandaard van de betreffende stof gemeten wordt op hetzelfde systeem.

 

Met suspect- en non-target screening kan de identiteit van de gevonden stof niet altijd met evenveel zekerheid vastgesteld worden, anders dan bij doelstofanalyse.

Kwantificering en toxiciteitsvoorspellingen

De mate van onzekerheid van de identificatie heeft invloed op de mogelijke vervolgstappen zoals concentratiebepalingen, voorspellingen van de schadelijkheid en risico’s voor mens en milieu. Vaak wordt semi-kwantificatie toegepast om toch een schatting van de concentratie van de (on)bekende stof te kunnen geven.

 

De uitkomsten van suspect- en non-target screening kunnen worden gebruikt voor diverse vervolgstappen zoals risicobeoordeling en het bekijken van trends en seizoenseffecten.

Continu doorontwikkeling

We zijn voortdurend bezig om onze suspect- en non-target screening methoden uit te breiden en te optimaliseren om zo meer stoffen beter te kunnen identificeren en uiteindelijk ook kwantificeren. Een belangrijk aandachtspunt is het meten van zeer polaire stoffen, deze zijn mobiel en daardoor zeer relevant voor drinkwater omdat ze eenvoudig in het grondwater terechtkomen en moeilijk te verwijderen zijn in waterzuiveringsinstallaties. Wij hebben een methode ontwikkeld om deze lastig te detecteren stoffen toch te kunnen analyseren. Ook de in waterzuiveringsinstallatie gevormde transformatieproducten (afbraakproducten) vormen een uitdaging voor de (drink)waterkwaliteit, daarom hebben we een methode ontwikkeld om deze beter te kunnen monitoren met de hulp van suspect- en non-target screening. Daarnaast doen we ook fundamenteel onderzoek naar de verbeterde prioritering van onbekende stoffen die mogelijk schadelijk zijn voor mens en milieu.